Agrarisch weernieuws en praktische adviezen n.a.v de weersverwachting op korte en langere termijn

Nazomer, Snijmais, Weidegang, Zeer vroeg

Vroegste mais derde week september oogstrijp

De afgelopen week nam het drogestofgehalte van snijmais dankzij het zeer zonnige nazomerweer op veel plaatsen toe met 4 procent. Ook groeide het gras hard, gezien de tijd van het jaar.  Zoveel zonne-energie zit er de komende week niet meer in de nazomer. Maar kletsnatte koude herfst wordt het ook zeker niet.

De luchtdruk is niet hoog en ook niet laag. Veel verandering komt daar ook niet in. Er zit maar heel weinig beweging in de door wolkenvelden gedomineerde atmosfeer de komende dagen. Dagelijks is er kans op een plaatselijk pittige bui in de loop van de dag, maar als het een beetje meezit krijgt de zon ook kansen om urenlang te schijnen. Dan kan de maximumtemperatuur weer oplopen naar zomerse waarden. Wel is de kans op mist in de ochtend groot. 

Dinsdag of woensdag buien

Begin volgende week neemt de kans op buien tijdelijk toe. De precieze timing is op dit moment nog onzeker. Het kan dinsdag zijn maar ook woensdag.  De weermodellen zijn het er over eens dat er daarna in de tweede helft van de volgende week een zuidwestelijke stroming op gang komt, die zorgt voor aanhoudend rustig licht wisselvallig weer met maximumtemperaturen van rond de 20 ⁰ C.  Dan blijft de grasgroei hoog voor de tijd van het jaar, uitgezonderd regio’s waar na 10 droge septemberdagen en weinig regen in augustus vochttekort begint te ontstaan.

Drogestofgehalte van meer dan 30 procent

Dit vooruitzicht op rustig licht wisselvallig weer met af en toe zon en een maximumtemperatuur van ruim 20 ⁰ C brengt de start van de maisoogst vanaf de derde week van september in zicht. Want op een enkele plaats is de 30 procent drogestof inmiddels gepasseerd, blijkt uit cijfers van veevoercoöperatie Agrifirm op maismonitor.com.

Opnieuw 4 procent drogestof extra in een week tijd zit er de komende week niet meer in. Maar 2-3 procent per week is aannemelijk. De variatie in drogestofpercentage en afrijpingssnelheid is heel groot, vanwege de grote verschillen in zaaidatum door het koude voorjaar maar ook vanwege de toename van het aandeel zeer vroeg afrijpende rassen.