Agrarisch weernieuws en praktische adviezen n.a.v de weersverwachting op korte en langere termijn

aardappels, Akkerbouw, Mais, Precisieteelt, Zomer

In mais combineren met onderzaai: ‘Dit is het moment om aardappels bij te bemesten’

Op de foto mais op de stroomrug van de Nederrijn aan de voet van de Grebbeberg.

Het wordt gezegd over de aardappelteelt maar het geldt ook voor snijmais: nu de knolzetting begint, de maisrijen sluiten en de mineralisatie dankzij de regen in heel Nederland op gang komt, is het tijd om te bepalen of en zo ja hoeveel stikstof groeiende gewassen nodig hebben.

Dat voorkomt onnodige uitspoeling, en zorgt voor maximale groei per kilo stikstof.

Bladmonsters nemen

Met name op zuidoostelijke zandgrond is dat een heel belangrijke criterium geworden, vanwege de toch al krappe en nog verder aangescherpte stikstofnormen, waardoor de uitspoeling naar oppervlakte-en grondwater tot een minimum beperkt wordt.

Adviesbureau Delphy raadt aan in aardappelteelt eerst te bepalen wat de gewasbehoefte is door bladmonsters te nemen. Zowel jonge als oude bladeren, kriskras door het perceel en voldoende ver van de randen van het perceel verwijderd, om invloeden van buitenaf te voorkomen.

Belang weersverwachting

In het algemeen geldt dat de weersverwachting ook een rol speelt bij het bepalen van de extra stikstofgift, gaandeweg het groeiseizoen. Zit er een droge periode aan te komen, dan is extra stikstof al gauw te veel omdat het niet wordt benut vanwege vochtgebrek, en dreigt er een aangesloten periode met regenweer, dan is het risico op uit-en afspoeling groot.

Delphy ervaart in de praktijk dat de weersverwachting tot een week vooruit voldoende betrouwbaar is, maar de langere termijn van 7-14 dagen onvoldoende om er de bijbemesting op te baseren.

Maisteelt anders dan aardappelen

In maisteelt is het niet nodig eerst te bemonsteren, is de mening van teeltspecialist Mark de Beer van Groeikracht Bv. “Verdeel de stikstofgift over twee keer: bij het zaaien voor de optimale start, en bij onderzaai als de rijen gaan sluiten. Bemesten met een bladbespuiting is nog wel een overweging want dat is heel effectief. “

Regionale verschillen

De Beer constateert dat de regionale verschillen na een krappe week regenbuien vrij groot zijn. Op sommige plaatsen is meer dan 50 mm naar beneden gekomen, zonder dat er sprake was van wateroverlast. “Bij mij in West-Brabant en in delen van de Achterhoek is er niet veel meer dan 20 mm gevallen. Daar zijn we blij mee, maar het is niet genoeg.”   

Het buiige weer blijft aanhouden, en groeizaam is het ook geworden. Morgen meer in het gebruikelijke zaterdagse boerenweerbericht.